zaterdag 19 juni 2010

De mijnen in

Het was bewolkt toen we opstonden! Oei, en nog wind ook. We hadden weer een wandeldag gepland, bij de mijnen langs de spaanse grens, 40 km verderop. Maar toen m'n vrouwtje en ik op weg gingen scheen de zon alweer en reed ons autootje vrolijk over super-uitgestrekte velden met koren, haver en geel gras. Hellingen, dalen en opnieuw hellingen, zonder boompje, prachtig geel in de zon met een strak blauwe lucht erboven. Na een tussenstop aan het begin van het beschermd natuurgebied was er koffie en moesten we wat broodjes, sardines en drinken inslaan. Het dorpje Minas de santa Domingos, bestond uit kleine witte huisjes in rijtjes achter elkaar met hier en daar wat grotere huizen, een kerk en een soort café. Ook was er nog een hotel met een paar bussen ervoor. Verder niets dan stilte. We volgden ons boekje voor wandelingen en kwamen langs de voormalige kantoren van de ertsmijnendie eigenlijk en de laatste mijnschacht die gesloten werd in 1956. Men groef hier naar pyriet dat koperhoudend was. Toen dat rond 1945 op was ging men zwavelhoudend erts delven. We liepen vanaf de "overslag" waar de zwavel in treinwagons naar de rivier werd gebracht, naar de pyrietovens. Er was eigenlijk een enorme kloof ontstaan die leek te zijn uitgegraven en waarin deels water stond en die deels werd gebruikt als fabrieksterrein. Er hing een heel sterke zwavellucht. Halverwege de 8 kilometer lange en 200 meter brede kloof kwamen we pyrietovens tegen, waar de erts in werd verhit waardoor de koper en later de zwavel werden ontdaan van de steen. Het resultaat konden we ook zien. Enorme heuvels van gesinterd steen. Die waren donkerrood of zwart van kleur. De as, die verder uit de oven kwam had men ook op een deel van de kloof gestort. Een macaber wit-stof gebied. En het gekke was, dat het niet naar beneden spoelde, de kloof in. We hebben 4 uur gewandeld, helemaal alleen. Nauwelijks iets anders gezien dan wat mieren. Doodse stilte en een brandende zon in een enorme verlatenheid met steen en ruines. We waren daarom blij weer in de bewoonde wereld te komen. We kochten in dat ene cafe een paar ijsjes en keken de wedstrijd af van het Nederlands elftal. Het werd 1-0. De barkeeper was de enige die dat met ons zou kunnen vieren, maar hij bleek in de keuken de afwas te doen. We zijn in de auto gestapt en naar Bela gereden waar de grootwinkelbedrijven zaten. Gelukkig zag je daar weer mensen. Ze verkochten daar kettinkjes met pyriet-gele steentjes...............uit Korea.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten